De afgelopen tijd heeft Zorgverzekeraars Nederland samen met andere partijen gewerkt aan regelingen om zorgaanbieders te ondersteunen die in financiële problemen (dreigen te) komen door de coronacrisis. Intussen hebben zorgverzekeraars afspraken gemaakt met zorgaanbieders over het sneller declareren en uitbetalen van declaraties voor verleende zorg. Daardoor worden in de maand april honderden miljoenen versneld aan de sector uitbetaald, waarmee een bijdrage is geleverd aan voldoende liquiditeit.
Continuïteitsbijdrage-regeling
Er komt een continuïteitsbijdrage-regeling. Deze regeling staat open voor alle zorgaanbieders (met of zonder zorgcontract) die zorg verlenen die op dit moment valt onder de basisverzekering of de aanvullende zorgverzekering (voorwaarden 2020) en die voldoen aan de nog uit te werken voorwaarden. De aanvraag van de vooruitbetaling en/of continuïteitsbijdrage heeft geen betrekking op zorg en diensten geleverd door of via opticiens en niet-gecontracteerde audiciens. Inzet van zorgverzekeraars is dat hun verzekerden zowel tijdens als na afloop van de coronacrisis een beroep kunnen blijven doen op de zorg, waarvoor zij verzekerd zijn.
Deze regeling geldt niet voor zorgaanbieders die direct betrokken zijn bij hulp aan corona-patiënten en andere acute zorg en voor Wlz-gefinancierde langdurige zorg. Met deze zorgaanbieders worden afzonderlijke afspraken gemaakt.
Er wordt naar gestreefd dat zorgaanbieders vanaf begin mei een continuïteitsbijdrage kunnen aanvragen. Deze wordt als betaaltitel vastgesteld door de NZa. De uitwerking daarvan vindt plaats. De regeling start per 1 maart en loopt tot en met 30 juni 2020. Indien zorgverzekeraars dat noodzakelijk achten kan de regeling verlengd worden. De hoofdlijn:
- De eerste uitbetaling vindt plaats in de maand mei (over de periode vanaf 1 maart) en vervolgens elke maand zolang de regeling van kracht is;
- De bijdrage wordt toegekend om gedurende deze coronacrisis de capaciteit van zorgaanbod in stand te houden, en beoogt een redelijke tegemoetkoming te geven voor gemiste dekking van doorlopende kosten;
- De hoogte van de bijdrage wordt vastgesteld als een percentage van de door zorgverzekeraars vergoede omzet;
- Dat percentage wordt per sector door de zorgverzekeraars vastgesteld, mede op advies van een onafhankelijke partij. Het is afhankelijk van de vaste lasten van de sector en de mate waarin de sector nog in staat is om zorg te leveren;
- De verwachting is dat de bijdrage zal liggen tussen de 60 en 85% van de zorgkosten die onder normale omstandigheden door zorgverzekeraars wordt vergoed;
- De bijdrage hoeft niet te worden terugbetaald, maar wordt, voor zover billijk en mogelijk, wel verrekend met de productie gedurende de maanden dat deze van toepassing is en met de eventuele hogere productie als gevolg van inhaaleffecten daarna. Hiermee zullen de zorgkosten niet hoger zijn dan in de situatie zonder vraaguitval ten gevolge van de coronacrisis.
Een belangrijke voorwaarde om in aanmerking te komen voor deze regeling is dat de zorgaanbieder geen aanspraak maakt op relevante Rijksregelingen in het kader van de coronacrisis, behalve voor het deel omzetdaling dat mogelijk resteert na aftrek van de vergoeding door de regeling van zorgverzekeraars.
Verdere voorwaarden voor de bijdrage worden nog uitgewerkt. Met het oog op uitvoerbaarheid van de regeling wordt bezien in hoeverre voor de uitbetaling een drempelbedrag van 250 euro per zorgverzekeraar per maand moet worden gehanteerd.
Vooruitbetaling
De verwachting is dat de continuïteitsbijdrage voor het grootste deel van de zorgaanbieders voldoende ondersteuning biedt, ook omdat veel declaraties voor eerder geleverde zorg nog in de maand april worden uitbetaald.
Er zijn echter ook zorgaanbieders die niet kunnen wachten tot betaling in mei, omdat ze al eerder in financiële problemen komen. Voor een aantal branches treft Zorgverzekeraars Nederland daarom een aanvullende regeling: eerstelijns laboratoria, mondzorg, kraamzorg, fysiotherapie, oefentherapie, ergotherapie, wijkverpleging, zittend ziekenvervoer en zelfstandige behandelcentra in de medisch specialistische zorg. De hoofdlijn van deze regeling:
- Zorgaanbieders uit deze branches met een zorgcontract kunnen, als dat echt noodzakelijk is, vanaf 14 april een vooruitbetaling aanvragen via VECOZO;
- De vooruitbetaling hoeft maar op één plaats te worden aangevraagd en wordt vervolgens door de afzonderlijke zorgverzekeraars uitbetaald;
- De vooruitbetaling bedraagt in beginsel 70% van de gemiddeld door zorgverzekeraars vergoede maandomzet;
- Vanaf 20 april wordt de vooruitbetaling uitgekeerd, mits aan de voorwaarden wordt voldaan; in de eerste periode zal dat, gelet op de verwachte aantallen, gefaseerd plaatsvinden. Streven is uitbetaling binnen een week;
- Om de regeling vooruitbetaling uitvoerbaar te houden worden alleen bedragen vanaf 250 euro per maand per zorgverzekeraar uitbetaald;
- De aanvraagprocedure voor zorgaanbieders die geen contract hebben met een zorgverzekeraar wordt nog uitgewerkt en dat vraagt wat meer tijd. Voor deze zorgaanbieders gelden wel dezelfde voorwaarden
Zorgaanbieders uit andere branches dan hierboven genoemd, die op korte termijn financiële problemen verwachten, kunnen contact opnemen met hun primaire zorgverzekeraar.