Begraafplaatsen
De Hoge Raad heeft vrijdag 19 juni jl. arrest gewezen in de zaak Krimpen aan den IJssel over de compensatie van btw met betrekking tot begraafplaatsen. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie van de staatssecretaris van Financiën gedeeltelijk gegrond verklaard. De Hoge Raad overweegt dat de Wet op de lijkbezorging (Wlb) weliswaar aan gemeenten de verplichting oplegt begraafplaatsen te hebben en te onderhouden, echter, ook andere particuliere marktdeelnemers kunnen een begraafplaats exploiteren. De Hoge Raad denkt hierbij onder meer aan kerkgenootschappen en ook aan commerciële bedrijven. Op grond daarvan handelt de gemeente weliswaar als overheid in de zin van de Wlb, maar zijn er ook derden die een begraafplaats kunnen exploiteren. De bevoegdheden komen dus niet uitsluitend toe aan publiekrechtelijke lichamen waardoor deze niet geacht kunnen worden te handelen als overheid. In zoverre heeft de betreffende gemeente deze procedure verloren.
De Hoge Raad onderkent echter wel dat de Wlb specifieke taken oplegt aan de gemeente. Het betreft de door het Gerechtshof Den Haag in zijn uitspraak onbehandeld gelaten grieven van de gemeente. Nader onderzocht moet worden of en in hoeverre de gemeente de begraafplaatsen mede gebruikt voor niet-economische activiteiten of anders dan als ondernemer waarvoor wel een gedeeltelijk recht op compensatie van btw bestaat. De Hoge Raad heeft de zaak ter verdere behandeling doorverwezen naar het Gerechtshof Amsterdam.
Nedvang
Recent hebben het ministerie van Financiën en de VNG overeenstemming bereikt over de fiscale afwikkeling van de vergoeding die gemeenten van Nedvang ontvangen voor het scheiden van afval. Hierover hebben wij u al eerder bericht en de gang van zaken betreurd omdat de terug te vragen btw en de teveel ontvangen gecompenseerde btw elkaar volledig compenseren. Wat overblijft is een verschil in heffingsrente. De te betalen rente over de terugbetaling van gecompenseerde btw is aanzienlijk hoger dan de terug te ontvangen rente over de restitutie van btw.
Mogelijk kunt u een beroep doen op de coulancerente. Deze wordt vergoed in de situatie dat u belasting terugkrijgt en geen recht heeft op belastingrente en invorderingsrente en de behandeling van een verzoek langer heeft geduurd dan gebruikelijk. Het zou passen om in lijn met deze gedachte eveneens een coulancerente toe te kennen wanneer de Belastingdienst een standpunt met terugwerkende kracht wijzigt en als gevolg daarvan een overheveling ontstaat van BCF-claim naar btw-aftrek en hierdoor rente ‘weglekt’.
U kunt dit formulier downloaden op de site van de Belastingdienst via deze link.